20-08-2009

Bronopsporing legionella

De Bronopsporings Eenheid Legionella-pneumonie (BEL) houdt sinds 2002 bij welke (mogelijke) bronnen de oorzaak zijn geweest van een legionellabesmetting.

Legionellabacteriën op een petrischaaltje

Recentelijk zijn in het Infectieziekten Bulletin de resultaten over 2007 en 2008 bekend gemaakt.

In 2007 werd er bij 31 (28%) van de 112 bemonsteringen Legionella spp. aangetroffen in ten minste één van de afgenomen monsters. Dit betrof in 17 (15%) van de gevallen Legionella pneumophila, en in 14 (13%) van de gevallen Legionella non-pneumophila.

In 2008 werd er bij 42 (36%) van de 117 bemonsteringen Legionella spp. aangetroffen in ten minste één van de afgenomen monsters. Dit betrof in 21 (18%) van de gevallen Legionella pneumophila, en in 21 (18%) van de gevallen Legionella non-pneumophila.

In bemonsterde zorginstellingen werd in 43% (10/23) van de gevallen Legionella spp. aangetroffen in 2007, en in 58% (7/12) van de gevallen in 2008. De bemonsteringsresultaten van sauna’s lieten zien dat in zowel 2007 als 2008 er in vrijwel alle bemonsterde sauna’s Legionella spp. werd aangetroffen: in 90% (9/10) van de gevallen in 2007 ; en in 100% (5/5) van de gevallen in 2008.

In de jaren 2007 en 2008 werden bij ongeveer een derde van alle bemonsteringen Legionella spp. aangetroffen, waarbij er aanzienlijke verschillen blijken te zijn tussen de verschillende brontypes. Bij het merendeel van de patiënten met een Legionella-pneumonie kon echter geen bron worden geïdentificeerd. Daarom is het van belang om de bronopsporing voort te zetten met extra aandacht voor mogelijke nieuwe brontypes.

Wij maken gebruik van cookies. Meer informatie

De cookie-instellingen op de website zijn ingesteld om de beste ervaring te bieden. Wij gebruiken alleen functionele cookies en cookies om onze websitestatistieken (Google Analytics) bij te houden. Wij gebruiken geen tracking cookies.

Sluiten